Artikel 14 Toegang en stemrecht


Artikel 14
1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de
    vereniging en ereleden. Geen toegang hebben geschorste leden en
    geschorste bestuursleden.
2. Over toelating van andere personen dan in lid 1 bedoeld, beslist de
    algemene vergadering.
3. Alle ter vergadering aanwezigen hebben het recht het woord te voeren.
4. Ieder lid van de vereniging dan niet is geschorst heeft 1 stem.
5. Een lid kan zijn stem door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid
    uitbrengen met dien verstande, dat een lid nooit meer dan maximaal
    2 medeleden in de uitoefening van diens stemrecht kan
    vertegenwoordigen.











Vorige pagina